jaargang nummer 4 oktober 2008

January 25, 2018 | Author: Anonymous | Category: N/A
Share Embed


Short Description

Download jaargang nummer 4 oktober 2008...

Description

VAN DE REDACTIETAFEL

inko informatiegevende en kontaktleggende periodiek van de fraters van utrecht

31e jaargang nummer 4 oktober 2008

De voorliggende uitgave van INKO lijkt wel op een “cursus godsdienstkennis”! We komen er “de Islam en het Christendom samen in beeld” tegen; een vervolgbeschrijving van het Hindoeïsme; een interview met vier jongelui die aan de Wereldjongerendagen 2008 in Sydney hebben deelgenomen. Een bijeenkomst waarin de jongelui onvergetelijke momenten hebben ervaren, zonder in een persoonlijke euforie terecht te zijn gekomen.”We hebben niet staan gillen als voor een popidool, maar waren onder de indruk van de Paus, omdat hij toch wel een bijzondere uitstraling heeft”, was een van hun reacties. Natuurlijk is de overweging bij de Constituties aanwezig; een lied van Herman Verbeek en een vers van fr. Theobaldus. In de serie: “De pen doorgeven” vertelt fr. Silvanus op zijn karakteristieke wijze over drukkerij en uitgeverij St.-Gregoriushuis. Heel bijzonder is, dat INKO deze keer in kleur verschijnt. Niet vanwege een nieuwe aanpak, maar om de foto’s, vooral die van de Vakantieweken van het Fraterhuis St.-Jozef in De Bilt, beter te doen uitkomen. Een keer per jaar wordt er in twee weken van alles georganiseerd voor de bewoners om de sleur van alledag te doorbreken. Deze keer een foto-impressie in kleur! De redactie hoopt dat de deelnemers even kunnen nagenieten en dat andere lezers ervan meegenieten. Het waren prachtige dagen met heerlijk weer, op een uurtje in de Rotterdamse containerhaven na! Ook de slotmiddag was een groot succes. Zowel het optreden als het kokkerellen is door fraters en medewerkenden van het huis verzorgd. In de keuken was de kok deze keer niet de baas, maar de helpende hand! Veel leesen kijkplezier. De redactie is inmiddels al drukdoende met het Kerstnummer en de komende jaargang! 2

WERELDJONGERENDAG SYDNEY 2008 Op zondagmiddag 31 augustus reed ik naar Medemblik om vier jongelui te interviewen over hun deelname aan de Wereldjongerendagen in Sydney. Het zijn: Marina Hoogendijk en haar vriend Lukasz Dobryniewskiy, Jordy Hoogendijk en zijn vriendinnetje Marianne Heykoop. Zus en broer Hoogendijk zijn kinderen van een nichtje van mij. Ook aan de bijeenkomst indertijd in Keulen hebben zij deelgenomen en waren toen meteen vast besloten om ook naar Sydney te gaan. Hard werken, veel sparen en proberen sponsors te vinden. Het is hen gelukt en zij hebben een geweldig indrukwekkende tijd gehad. Ik was natuurlijk zeer benieuwd naar het waarom, het hoe en naar hun toekomst-plannen. Vandaar dat ik met hen afgesproken had om hen te komen interviewen voor INKO.

Niet alleen uit nieuwsgierigheid Na kennisgemaakt te hebben met Marianne, daar ik haar nog niet eerder ontmoet had, kwam natuurlijk de eerste vraag naar het waarom van indertijd al naar Keulen? Marina zag daar een goede kans om toch iets meer met geloof bezig te zijn en was benieuwd hoe zulke bijeenkomsten verlopen en wat ze inhouden. Jordy was toen nog een tiener en ging feitelijk achter zijn zus en haar vriend aan. 3

Lukasz was het eerst niet van plan, maar de gezelligheid trok hem toch wel wat aan. Toen velen vroegen of hij als Pool er niet naar toe moest, is hij over de streep getrokken. Voor Marianne was het ook een goed doel voor een georganiseerde tienerreis. Samen met andere jongeren je erop voorbereiden en samen - vanuit eenzelfde geloofshouding - ernaar toe, trok haar wel. Door de positieve ervaringen in Keulen, hadden ze alle vier toch wel het idee dat Sydney ook gehaald moest worden. Ook omdat het zich in een ander werelddeel zou afspelen. Lukasz heeft het geweten dat hij een Pools paspoort heeft, want op Schiphol kon hij niet met de groep vertrekken……hij had een visum nodig en dat was van tevoren niet duidelijk geweest. Gelukkig kon hij na een slopend weekend op maandag in zijn eentje er achteraan. Hij heeft er geen spijt van dat hij toch gegaan is. Inhoudelijk voorbereid De jongelui zijn meerdere keren via activiteiten van het bisdom Haarlem en Rotterdam op de Wereldjongerendagen voorbereid. Bijeenkomsten, brieven, workshops zijn daartoe gebezigd. Daardoor was men er vrij regelmatig mee bezig en leerden ze ook steeds meer jongeren kennen. Het bisdom Rotterdam organiseerde in Leiden twee keer per maand lezingen over diverse onderwerpen. Marianne komt uit Koudekerk aan de Rijn en behoort dus tot het bisdom Rotterdam. De beide bisdommen organiseerden ook gezamenlijke bijeenkomsten. De jongerengroep uit Hoorn heeft de van Nederlandse afkomst zijnde bisschop van Brisbane bij de voorbereiding betrokken. Luchtdoop Voor het eerst vliegen en dan meteen via Kuala Lumpur naar Australië, geeft wel het gevoel van een echte luchtdoop. Dit geldt te meer daar er nog al flinke turbulentie was. Daardoor was het nog spannender dan van tevoren gedacht was. Jordy 4

had zelfs een keer het gevoel van: “nu is het gebeurd!” Maar hij heeft gelukkig alles kunnen navertellen! Met name voor Lukasz en Marina was deze eerste vlucht niet leuk, omdat Lukasz dus niet met de groep kon meevliegen vanwege de genoemde visumperikelen. Het verblijf In het donker aankomen; in een land waar het winter is en je zelf uit de zomer komt; in een onbekende stad in een gymzaal ondergebracht worden met jongeren uit allerlei landen, dat is een zwaar begin. De eerste week werd namelijk in Goulburn, doorgebracht, ongeveer 200 km voor Sydney. De winterkou was af en toe behoorlijk heftig. Daar Jordy nog net geen 18 was logeerde hij met 150 jongeren in een oud bejaardenhuis. Met een bus werden ze naar een zalencentrum gebracht voor het ontbijt e.d. De ouderen werden na de eerste nacht ondergebracht bij gastgezinnen, waar het soms goed en soms niet best verblijven was. Over het algemeen was de jeugd toch wel tevreden, al was het eerst wel wat aanpassen. De gehele organisatie van verblijf, vervoer e.d. was in handen van de Emmanuëlbeweging, waarbij leden uit de gehele wereld betrokken waren. Dit is een beweging van behoudende katholieken, die in klein groepsverband binnen parochies naast gebed ook sociaal actief zijn. Het busvervoer was gratis, maar het was soms wel lang wachten, maar soms werd dit aangenaam verkort doordat bijvoorbeeld hoog in de lucht een vliegtuigje plotseling de naam JEZUS schreef, wit tegen een strak blauwe lucht! Alle dagen was er een H. Mis. Er waren meerdere conferenties o.a. over de theologie van het lichaam, of aandacht voor de Bron (Mark Robin Hoogland) en ook sport, spel en muziek. Alleen het eten ging wat vervelen, want het was alle dagen kip met rijst en een broodje…..! 5

In Sydney De feitelijke Wereldjongerendagen-bijeenkomsten speelden zich af in Sydney. De openingsmis was ’s avonds om 18.00 uur op het haventerrein Barangaroo, waar je meteen een schitterend zicht had op de skyline van deze wereldstad. 150.000 deelnemers! Natuurlijk moest er daarom met enorme videoschermen gewerkt worden, wat prima voldeed en met een heel goede geluidsweergave. Het was indrukwekkend, ook door de aanwezigheid van autoriteiten zoals de minister-president; kardinaal George Pell e.a. Het was echt een mooie viering, met een geweldig koor, begeleid door een orkest. “We kregen er een heel goed gevoel bij. Wat ook goed was, dat men de Aboriginals duidelijk bij alles hadden betrokken. Eindelijk kregen ze erkenning! Heel duidelijk was dat te zien bij het binnenbrengen van de offergaven!” Voorafgaand aan deze openingsceremonie was de parade van de 168 vlaggen van de deelnemende landen, de intocht van het WJD-kruis en het WJD-icoon. Vanuit de stad was men lopend naar het havengebied gegaan, waardoor het in de stad een heel bijzonder gebeuren gaf. “Je kreeg echt het gevoel van: Nu begint het!”

6

Driedaagse Op 16, 17 en 18 juli kwamen de ong. 700 Nederlandse deelnemers in de St.-Leonard’s Church bijeen. De drie aanwezige Nederlandse bisschoppen gingen om de beurt voor in een Eucharistieviering en hielden een conferentie, waarna er gezongen, gemediteerd en gebeden werd. Mgr. J. van Burgsteden sprak over het thema Liefde (Jordy en Lukasz mochten misdienaar zijn!!). Hij eindigde met de uitdagende vraag aan de jongeren: “Ben jij bereid om de vlam van de liefde over te nemen?” Mgr. van den Hende behandelde het thema Hoop en mgr. E. de Jong het Geloof. In groepjes ging men dan over het geboden thema verder praten. ’s Middags waren er allerlei festivals. In de stad was het geweldig versierd o.a. met een heel groot bloementableau met het logo van de WJD. Ook waren er uitstapjes o.m. naar Darling Habour en het gebied van de Olympische Spelen 2000.

Paus bezoekt de jongeren De paus zou per boot arriveren. Waar moet je dan gaan staan om hem “in het echt” te zien? Sta je wel aan de goede kant? Vragen die de jongelui bezighielden. Ze gokten goed! De paus gleed hen voorbij op nog geen 50 meter….! Een bijzonder gebeuren, door hen uitgedrukt door: “..wauw!”, terwijl iedereen “Viva il Papa!” roept. “Het doet je wat of je wilt of niet! Het raakt je van binnen, zonder dat je dat uitschreeuwt! Het is een warm welkom, waarvan je ongewild deel uitmaakt. Het voelt als: heel nabij!”

Kruisweg Op vrijdag was er een indrukwekkende kruisweg. Een tableau van acteurs trok door een deel van de stad en op het grote veld, waar de jongeren bijeen kwamen. De gehele kruisweg was ook weer op grote videoschermen te volgen. Bij de eerste statie sprak de Paus een overweging en een gebed uit. vlnr. Lukasz, Zr.v.Moeder Theresa, Yordy, Marianne, Marina

7

8

Mijn vraag was aan de vier jongelui of zij vanuit hun eigen jeugd de kruisweg nog kenden. “Ja”, was het antwoord, “want uit de catechese en uit de praktijk als misdienette zijn we ermee vertrouwd geraakt. Maar nu in een geheel andere setting en omgeving, kreeg je toch meer het gevoel van: Jezus heeft het ook voor mij gedaan! Een gevoel dat je overkomt en je raakt”. Avondwake Evenals andere keren is er een avondwake als voorbereiding op de afsluiting en het hoogtepunt van de WJD: de Eucharistieviering op zondag. Om 19.00 uur voegt de paus zich bij de jongeren . De jongeren waren lopend door de stad - ook over de Habourbridge met vlaggen, muziek enz. naar Randwick Racecourse, een paardenrenbaan in het Zuiden van de stad, gegaan. Ongeveer 12 km gaans! Een heel indrukwekkend gebeuren. De paus sprak hier over de H. Geest. Ook maakte hij bekend dat de volgende WJD in Madrid gehouden zullen worden in 2011. Bij zijn vertrek reed de paus in zijn Mobil rond langs de hekken en kwam hij ook weer heel dichtbij. Lukasz stond zelfs een moment oog in oog met de paus! Een indrukwekkend en emotioneel moment. Mijn gesprekspartners hadden niet de behoefte gehad om te gillen zoals fans gillen als hun idool op aanraakbare afstand voorbij gaat, maar ze waren het er alle vier over eens, “dat de paus toch wel heel iets bijzonders uitstraalt”. Op de racecourse was een hele grote ciborie opgesteld, was er aanbidding en werd de rozenkrans gebeden. Vele jongeren hadden een tentje meegebracht, dat door anderen een beetje overdreven bevonden werd, “want een avondwake moet je in de openlucht doorbrengen! en niet lekker bescherming zoeken!”

9

Slotviering De Eucharistieviering op zondagmorgen was tevens de sluiting van de WJD. De paus riep de aanwezigen op in hun leven ruimte te geven aan de H. Geest en daardoor het vuur in zichzelf te bewaren en uit te dragen. “Dit kan onder meer door het beoefenen van de gastvrijheid, zoals het Australische volk gastvrij was geweest voor de deelnemers aan deze WJD. Dit alles is des te belangrijker omdat God steeds meer uit de leefgemeenschappen lijkt afgewezen te worden”. Met een groots vuurwerk kwam er een einde aan deze zeer indrukwekkende WJD in Sydney.

10

Een droom is voorbij Na nog enkele dagen voor zichzelf te hebben kunnen besteden aan een bezoek aan een goudmijn, een ontvangst door de burgemeester en een raadslid, dat op 7 jarige leeftijd vanuit Nederland naar Australië was geëmigreerd, een H. Mis met de kardinaal, een busrit naar Melbourne is het tijd om naar Nederland terug te vliegen. Eenmaal thuis lijkt het allemaal een droom, “een leven met nog een raar gevoel van mengeling van realiteit en onwerkelijkheid…..! Heb ik dat nu echt allemaal meegemaakt?“ De honderden foto’s – inmiddels op de computer overgebracht – vertellen hen en anderen dat ze er echt bij geweest zijn. Maar wat heeft het deelnemen aan zo’n specifieke katholieke bijeenkomst nu nog voor betekenis voor hen? Wat als de euforie van het oog in oog staan met de Paus voorbij is, wat betekenen deze dagen nog? Wat doen ze er verder mee? Dat zijn vragen waarmee ik ons gesprek beëindigde. De antwoorden mogen voor zichzelf spreken. Marina (21 jaar, PABO-studente): “Het bidden voor en na het eten doe ik bewuster; ’s morgens en ’s avonds lees ik uit het boek ”Aandacht voor de bron”, van Mark Robin Hoogland, CP, die als jongerenpastor mee was en ons dat boek gegeven heeft. Ik vind daar mooie teksten en gebeden in. Ik heb meer geleerd over de H. Geest en ook over bidden tot Hem. Verder denk ik, dat gastvrij zijn bij mij een blijvend aandachtspunt zal zijn”.

Jordy (18 jaar, VMBO-student verpleegkunde): “Volgens mij is er bij mij niets echt veranderd. Misschien dat er later verband gelegd wordt met hetgeen ik nu allemaal gehoord en gezien heb. Onbewust zal er wel een invloed van uitgaan”. Lukasz (23 jaar, student HBO bouwkunde): “De ondervonden gastvrijheid heeft mij toch wel aan het denken gezet en stimuleert mij om dat in praktijk te brengen. De problemen met mijn visum hebben mij wel laten zien dat hulp van anderen geweldig is en dat zoveel mensen voor je bezig gaan om het vertrek toch voor jou mogelijk te maken, je daar op te vangen enz. Geweldig! Een aparte ervaring is ook dat je als pelgrim tot op zekere hoogte toch verwend wordt door gastland en gastouders, maar dat er ook veel momenten zijn van: niet verwend worden (eten dat tegenvalt; kou die je overkomt enz.). Waar ik ook méér aan denk is: rustig blijven, no worry; het komt voor elkaar!” Ik wil wel zeggen dat ik het een fijn gesprek vond en met hen blij was dat zij het hebben kunnen meemaken! Bedankt!

Zeist, 13 september 2008 Leo Ruitenberg

Marianne (19 jaar, VMBO-studente SPW): “Het bidden gebeurt bewuster. Ook heb ik geleerd hoe je beter voor anderen kunt bidden. Voor en na het eten bidden enz. gebeurt bij ons thuis altijd”.

11

12

CHRISTENDOM EN ISLAM SAMEN IN BEELD

Zelfkritiek en gezond verstand zijn gaven Gods aan de mensen; ook aan christenen en moslims. Als beiden die benutten, zorgen ze voor extra glans aan het menszijn; zo niet, dan kunnen ze door hun godsdienst – ook dit leert de geschiedenis – onmensen worden. Verschil van insteek Tussen christendom en islam bestaat een wezenlijk verschil van 'insteek naar de concrete wereld'. Elk kijkt door een andere bril die ze - zeggen beiden - van God of Allah hebben gekregen. Islam betekent overgave aan Allah's wil. Voor de meeste moslims houdt dit geen passiviteit of berusting in. De moslim wil juist van harte Allah's wil uitvoeren. Alles moet gaan, zijn, functioneren zoals Hij het wil. Niets valt daar buiten. De moslim - 'degene die tot die overgave gekomen' - kent geen scheiding tussen het gewijde en het profane. Bij de islam gaat het om een totaalpatroon van het leven waarin, zoals Stephan Neill in zijn Wereldreligies zegt, 'politiek, ethiek, economie en maatschappelijke ordening samen zijn gebonden in een onlosmakelijke totaliteit door de wil van God'. Geen enkel terrein zowel in als buiten jou valt buiten het verband met al het andere dat door God wordt samengehouden. Het gaat in de is-lam om een bepaalde theocratie (Theos, God; kratein, heersen). God moet op èlk terrein de scepter zwaaien. Het Christendom kent ook de frustratie dat het er op vele terreinen nog lang niet of helemaal niet evangelisch aan toe gaat. Maar het christendom - Jezus incluis - gaat daar een stuk gemakkelijker mee om. De parabel van het mosterdzaadje kan altijd nog troost geven! 13

Jezus mislukkeling De Jezus' Beweging bestond in de eerste eeuwen uit een minderheid van onbelangrijke en vervolgde mensen. Zelf zagen de christenen het als een wonder van God die met het zwakke het sterke beschaamt. Nu moet de zaak niet al te rooskleurig voorgesteld worden. Want zodra christenen tussen 500 en 800 na Christus promoveerden van 'rijkskerk' tot 'het Germaanschristelijke Rijk' als opvolger van 'het oude Romeinse Rijk' breken er tijden aan waarin ze zich uitleefden door met het zwaard op ongelovigen in te hakken. Dit is zo, maar - hoe anders dan in de islam - deze strijdlustige christenen hebben altijd vanuit hun christelijk gedachtegoed, met als hart daarvan het Evangelie, móéten accepteren dat het een dwaling is om politiek succes te vereenzelvigen met het Koninkrijk van God. Neill zegt: 'Wanneer zij al in de verleiding waren gekomen dat te doen, zouden zij weer op het rechte spoor zijn gebracht door het allergrootste monument van het christelijke denken: De Stad Gods van Augustinus. Die maakte voor altijd duidelijk dat de Stad Gods niet vereenzelvigd kan worden met enige menselijke stad: (p. 58) Het is wel eens bedroevend te zien hoe ver het christelijk ideaal nog 'van huis' is, maar deze tegenslagen en het langzame tempo worden niet gelijkgesteld met een definitieve nederlaag. Mohammed succes Bij de moslims ligt dit echt anders. De moslim is groot gebracht met een succes-verhaal. Mohammed voegde in het begin van de zevende eeuw de verzwakte en uitgeholde Arabische stammen tot één geheel samen en gaf hen een eigen moslim-identiteit. Hij zond hen uit 'in een indrukwekkende en verbazingwekkende loopbaan van verovering'. Een eeuw na de dood van de Profeet hadden de moslims de macht overgenomen in Perzië, Mesopotamië, Syrië, Egypte, Noord-Afrika en het grootste deel van Spanje. Na de Kruistochen (1100-1300) trokken ze India 14

binnen. In 1453 viel Constantinopel, de grootste christelijke stad, in moslimhanden. In 1683 staan ze vóór Wenen en in het midden van de negentiende eeuw zijn er miljoenen moslims in China, Indonesië en Afrika. Er zijn perioden van tegenslag zoals de koloniale tijd waarin de islamitische bestuurders hun regeringsstoelen moesten afstaan aan Nederlanders, Fransen en prominenten uit Groot-Brittannië. Maar de vaart is er ingebleven. Nog niet zolang geleden zuchtten christelijke missionarissen in Senegal bij - zoals zij het noemden - 'de agressief optrekkende en terreinveroverende islam'. Dus duidelijk een succesverhaal.

De val van Constantinopel 29 mei 1453

Toch even geen succes Maar in de negentiende en twintigste eeuw ging het fout. In Griekenland, Turkije, de Balkanlanden moesten de moslims hun politieke macht afgeven en kregen te maken met nietmoslimregeringen, waarbij gedacht kan worden aan Syrië, Palestina en Egypte, Libië, Jordanië, Irak, India, Indonesië.

Onderhuids zijn deze 'neergang en vernedering' gaan broeien, met name in de Arabische moslimwereld. Het deed, zegt Neill, een koorts ontvlammen, voortkomend uit een diep onbehagen naast allerlei redenen zoals het teloor gaan van vroegere luister, niet kunnen hebben dat de islam voor het christendom moest onderdoen. Een diep onbehagen, vooral gewekt door 'dat duistere besef van malaise, het gevoel dat de geschiedenis verkeerd is gelopen, dat om een of andere reden de bedoelingen van God niet zijn vervuld zoals de moslim had mogen verwachten'. Dit speelt hen nog parten tot op de dag van vandaag. De lange adem Het christendom daarentegen heeft een lange adem, omdat het een andere eschatologie, een andere kijk op 'de laatste dingen' heeft. Christenen blijven, hoe de situatie ook is, bidden 'Uw Rijk kome'. Het zit in het wezen van hun gedachtegoed dat het eindpunt niet door mensen bereikt kan en ook niet hóéft te worden. Je moet er je best voor doen, maar voor mensen is slechts 'zien als in een spiegel' weggelegd. Wat de moslim verstaat onder het Rijk Gods, de islamitische staat met de ayatollahs op de troon, is voor de christen hooguit een voorafschaduwing van een hemelse stad die uit de hemel zal nederdalen. Kansen voor de islam De islam kan moeilijk leven met dat folterend gevoel van onzekerheid ten aanzien van zijn eigen droom. Dat uit zich momenteel op vele plaatsen in de wereld. Maar toch zijn er binnen de islam kansrijke gegevenheden, ook voor vandaag en morgen. Daarover in de laatste aflevering van deze serie. Huub Schumacher Met toestemming overgenomen uit De Roerom van mei 2008

15

16

AAN DE ROL Van vader eiste hij zijn geld, zijn deel van diens vermogen. Hij zadelde zijn beste paard en zwaaide opgetogen. "Aan niemand zeg ik waar ik ga, tot wie ik mij zal wenden. Ik zoek het mijne ver van hier. Ik zoek het Onbekende. "

Het feestlokaal werd zijn tehuis, zolang de penning rolde. Maar toen hij diep in schulden kwam, werd niets hem kwijtgescholden. De stad bood hem geen onderdak, beval hem in te rukken, omdat er van een kale kip geen veer meer valt te plukken. ...........

"Het Onbekende ligt daarginds. Daar is het volop leven. Wat in dat Onbekende ligt, kan niemand mij hier geven."

"Wat zal ik mijn vader zeggen, nu ik hier de zwijnen hoed? Nu ik alles heb verloren in mijn dolle overmoed? "

De verre stad: Amusement, losbandig, uitgelaten. Dat wat hij zocht lag overal als lokspijs op de straten.

''Niemand anders zal mij helpen in dit uitzichtloos bestaan. Hier wil ik niet langer blijven, wil terug naar vader gaan."

Hij dronk zich suf en vrat zich rond. 't Was volop potverteren. Hij werd gevierd als grote held. Zijn allerfelst begeren.

Vader sloot hem in zijn armen, toen hij om vergeving bad. "Kind, ik heb je nooit vergeten. Steeds heb ik je liefgehad."

17

18

"Hier voor jou de fijnste kleding, een gouden ring, sandalen. Voor jou een feest met drank en spijs. Ik laat de buren halen!" "Wij vieren feest den helen dag en geven rond' na ronde. Mijn zoon was van mij heengegaan is nu teruggevonden."

ROTSVAST EN ONTWRIKBAAR? PAS OP.

Heel het dorp kwam in beweging, vierde mee met zang en spel, op muziek van fluit en cither en de boerenblaaskapel.

artikel 22

Gebed

De Geest is werkzaam in het leven, dat groeit en verandert, Zo doet Hij, op steeds nieuwe wijze, een beroep op ons.

Vader God, als ik ga zwalken en gehavend mij weer meld, wil ook mij vergeving schenken. Ik word niet teleurgesteld. Dank U

Het appèl van de Geest zullen wij heel persoonlijk, en wellicht ook verschillend, verstaan. Wij moeten er voor zorgen, dat de inbreng van ieder een juiste plaats krijgt in onze gezamenlijke dienst aan het Rijk van God.

Frater Theobaldus 31 jan. 1988 19

20

De twee alinea’s van artikel 22 worden innerlijk gestuurd door één woord: beweging. Alles draait hier om bewogen worden, bewogen zijn, bewegen. Het is ongelofelijk wat er in deze paar zinnen staat. Als we tot ons laten doordringen wat tot ons wordt gezegd, gaat er een enorme ruimte van vrijheid open, een ruimte die je nauwelijks nog kunt ervaren in de beklemming die momenteel van het kerkelijk systeem of instituut uitgaat. We mogen rustig zeggen dat artikel 22 een getuigenis is van geloven dat ruimte schept, een credo dat opwelt uit dankbaarheid, niet om mensen de deur te wijzen. Wat doe je als je van je geloof getuigt? Is dat hetzelfde als ergens van overtuigd zijn? Is getuigen van je geloof het credo opzeggen? En hoe moeten we ons indenken dat je omwille van je geloofsgetuigenis ter dood gebracht kunt worden. Is het dan zo gek bij jezelf te denken: hou toch je mond als spreken je de kop kan kosten…. En dan de andere kant: dat er gelovigen zijn die dit doodvonnis ook daadwerkelijk uitvoeren. Er zijn dus mensen die blijkbaar zo angstig en tegelijk zo onmeedogend zijn dat zij andersdenkenden als zulke onmensen beschouwen dat ze geen enkele andere weg voor zich zien dan deze andersdenkenden te elimineren. Misschien dan niet zoals in de Middeleeuwen letterlijk via de brandstapel, maar dan toch wel geestelijk. Laten we ons realiseren dat het hier – hoe vreemd het ook klinkt - gaat om zaken van ons geloven, zaken die wij beschouwen als behorend tot de geestelijke ruimte van God en mensen. Hoe kan zoiets bestaan tussen christenen, tussen gelovige mensen van verschillende godsdiensten tot op de dag van vandaag?

de mogelijkheid zich van jou te ontdoen. Hier gaat het over de gevolgen van fundamentalisme en daar zijn maar twee woorden adequaat: Pas op. Laten we dus goed uitkijken. Fundamentalisme is het gevangen zitten in het fundament dat je zelf hebt gestort. Het is zo hard als beton en onwrikbaar als het voetstuk van een bronzen standbeeld. Als geloof zo onbeweeglijk wordt als een brok marmer en zo hard als graniet, kan de heilige Geest op geen enkele manier bewegen, hoe hard ze ook waait. En het gevolg is dat mensen mensen doden omdat ze ten diepste elkaar niet meer durven, kunnen en dus ook niet meer willen vertrouwen. Vertrouwen en geloven – het zijn werkwoorden die het tegendeel uitdrukken van het vastgeroeste geloof dat niet meer durft te gaan, en zich durft laten bewegen, maar zich liever ingraaft. De eindeloze stoet martelaren die onze traditie helaas kent, geven getuigenis van vertrouwen, niet van fundamentalisme. Zij zijn aan het twijfelen gebracht, maar niet vertwijfeld geraakt; zij werden geveld, maar gingen niet te gronde. Hun geloof was verre van rotsvast, integendeel. Hun geloof bracht hen tot het besef dat zij een weg moesten gaan waarvan zij het einde niet zagen, en zij gingen en ontvingen het vertrouwen dat wie standhoudt tot het einde, gered zal worden. Dat we bewaard mogen worden voor angst en fundamentalisme, en dat we, in de heilige Geest, mogen groeien in het vertrouwen in God, in elkaar en in onszelf.

Ad de Keyzer Wij, gelovige mensen, gunnen elkaar het licht niet meer in de ogen, op het moment dat het geloof door ons niet meer als een geschenk van de heilige Geest wordt ontvangen, maar als een angstige meetlat wordt aangewend om elkaar de maat te nemen. Ben jij onder de maat, dan geeft dit degene die de maat neemt 21

22

Op 23 juni van dit jaar – 2008 – bereikte mij het verzoek voor een bijdrage betreffende een gedeelte van de geschiedenis van onze congregatie zoals die voltrok in de drukkerij en uitgeverij van het St.-Gregoriushuis, en dat dan voor ons eigen tijdschrift ‘Inko’. Een eervol verzoek, ruimschoots de moeite waard om daar zorg aan te besteden, na eerst goed te hebben nagedacht.

Mijn contact met de drukkerij begon in 1942, midden in de laatste wereldoorlog. Onze drukkerij had toen – en trouwens ook later – een vertrouwensfunctie en ook daardoor een hechte band met het aartsbisdom Utrecht. De publicaties – toen ten dienste van het aartsbisdom, en daardoor ook voor de andere bisdommen – waren voor een deel richtinggevend en zó bepalend voor de katholieke gemeenschap in ons land. Wij drukten bijvoorbeeld maandelijks de analecta voor het aartsbisdom Utrecht, waarin doorlopend de mutaties voor de geestelijkheid van het bisdom werden en worden gepubliceerd, en ook brieven van het aartsbisdom en de andere bisschoppen van Nederland. Ook berichten uit de dekenaten en parochies, en vele andere berichten en informaties. Ook de herderlijke brieven van de aartsbisschop en de andere bisschoppen, werden vaak apart gedrukt. Er was toen dan ook sprake van een hartelijke vriendschap en vertrouwen tussen het aartsbisdom en onze congregatie. Wij gedenken hier met veel eerbied onze grote kardinaal de Jong, bij wie een van de fraters elke dag de Heilige Mis diende. Bovendien zijn wij zo in de gelegenheid te noteren dat wij op 13 augustus 1873 zijn gesticht door de toenmalige aartsbisschop mgr. Andreas Ignatius Schaepman. Ik trad zo – vanuit ons juvenaat – op 14 augustus 1945, dus heel kort na de oorlog, in ons noviciaat, en werd toen lid van de congregatie. Op 14 mei 1948 werd ik door ons hoofdbestuur geplaatst op de drukkerij van het St.-Gregoriushuis. Die band zou door de jaren heen blijven bestaan. Mijn eerste taak daar was die van handzetter, een vak dat ik als juvenist al had geleerd, en dat is dan ook de echte typografie. In het vervolg hiervan werd ik in 1949 machinezetter, een vak dat ik tientallen van jaren zou beoefenen, en waardoor ik velerlei teksten uit allerlei milieus en culturen, vooral binnen en buiten de kerk, binnen en buiten de congregatie, en binnen het katholiek onderwijs – sterk verwant aan de congregatie – zou lezen en zetten.

23

24

HERINNERINGEN RONDOM ONZE GRAFISCHE ACTIVITEITEN

Frater Silvanus Smink.

Zoals ik al vermeldde was het werk voor de kerk en het aartsbisdom, arbeid die veel tijd van ons vroeg, en die ons daardoor in de gelegenheid stelde goed kennis te nemen van vele zaken die leefden en zich ontwikkelden binnen onze geloofsgemeenschap, ook in heel ons land. Deze veelvormigheid in onze drukkerij sierde de congregatie als religieuze institutie in hoge mate, en introduceerde haar hierdoor ook bij geloofsgenoten met succes in het bedrijfsleven. Het zal duidelijk zijn dat ook dit laatste de congregatie en de drukkerij goed ter stade kwam. Deze gelijkgezinde geloofsgenoten bezorgden onze drukkerij zo vele goede orders, die mede onze orderportefeuille vulden, en zo ook voor uitstekende arbeidsplaatsen zorgde, en voor groei van het bedrijf. Zoals onze drukkerij – aldus doende – geleidelijk wat groeide, zo verging het ook de uitgeverij van het St.-Gregoriushuis, binnen en buiten de congregatie. Frater Ignatius van der Veer (z.g.) was de directeur van de uitgeverij St.-Gregoriushuis, en frater Raymond Blommesteyn (z.g.) van onze drukkerij St.Gregoriushuis. Beide fraters vervulden hun taken heel goed, en zo met veel meelevend contact met hun personeel. Frater Alfonsus Schaapveld (z.g.) werkte ook met veel succes op de binderij van ons bedrijf. Vele boeken en boekjes en tijdschriften, en allerlei andere zaken kwamen uitstekend klaar en verlieten zo ons bedrijf. Na de oorlog kwamen zo – ook binnen onze congregatie – voor het lager onderwijs verschillende nieuwe onderwijsmethoden tot stand. Alzo droegen zusters en broeders eveneens bij aan de vernieuwing van het katholiek lager onderwijs, en gaven zo mede vorm aan de nieuwe tijd. Daar waren verscheidene didactisch bekwame medebroeders bij betrokken, teveel om hier te noemen. Twee fraters en hun werk op dit gebied willen wij hier noemen. Dat betreft dan frater Bellarminus Weultjes (B. Mol) (z.g.) en frater Roland Disch (Fred Langton). Deze beiden publiceerden ook nieuwe methoden voor het onderwijs, en onze drukkerij en uitgeverij realiseerden deze onderwijsver-

vernieuwing (ook technisch) op een heel verdienstelijke wijze. Deze vernieuwing bezorgde onze beide bedrijven heel veel werk, en daardoor ook uitstekende inkomsten. Zo was frater Bellarminus gedurende vele jaren hoofdredacteur van het catechetisch tijdschrift ‘Op Weg’. Dit tijdschrift publiceerde teksten voor het godsdienstonderwijs op de lagere school, en dat liep uitstekend. Priesters en andere leerkrachten waren er goed mee geholpen, dat was trouwens aan de oplage wel te zien. Verder maakte frater Bellarminus twee leesmethoden, in de vorm van leesboekjes voor de lagere school, en dat waren er ‘heel wat’, en ze werden geregeld, jarenlang gedrukt, en dus ook herdrukt. De beide reeksen heetten ‘Lees Mee’ en ‘Lees Meer’. Kortom, de persen van de drukkerij draaiden dat het een lust was. De verdiensten – in meerdere opzichten – van frater Bellarminus worden ‘niet licht’ overdreven. Frater Roland Disch vermeld ik hier met dezelfde waardering als voor frater Bellarminus. Hij was jarenlang verbonden aan het lager onderwijs, en daarna, ook weer vele jaren bij het middelbaar onderwijs. Gedurende de eerste periode schreef hij een biologiemethode voor de lagere school, genaamd: ‘Van al wat leeft’. Het waren zo leerlingenboekjes voor 5 klassen, en handleidingen voor de leerkrachten. De eerste druk was meteen al 5 maal 10.000 boeken voor elke klas. Toen dat klaar was zei de directeur van de uitgeverij, frater Ignatius van der Veer, het volgende: ‘Ruim het zetsel maar op, we hebben voorlopig genoeg’. Zo gedaan. Maar het was een verkeerd besluit, wat niemand hem trouwens kwalijk nam. Het zetsel van de boekjes was nog maar nauwelijks weg, of de eerste druk van de boekjes was al op de scholen, en zo dus uitverkocht. Dus: direct de tweede druk, en dat ging lange tijd zo door! Frater Roland schreef ook nog een taalmethode voor de lagere school, genaamd: ‘Door taal verbonden’. En die methode liep ook weer ‘als een trein’. Dat was zo dus weer een groot succes. En ook weer: beste verdiensten.

25

26

Ik herinner mij nog dat het hoofdbestuur van de congregatie in die jaren een keer heeft besloten: ‘Alle winsten van een jaar van de drukkerij en de uitgeverij worden bestemd voor ons werk in de missie!’ Dat was zo dus heel goed nieuws. Ik voelde mij er best bij. Het is dus de moeite waard dit hier even te vermelden. Besluit. En hiermee heb ik op verzoek van de redactie van Inko in het kort bestek een en ander verteld over een mooi en vruchtbaar werk van ons gezelschap in de recente geschiedenis. Ik hoop dat ik onze medebroeders en ook veel familie en vrienden van onze congregatie hiermee enige goede dienst heb bewezen. Met alle goede wensen hierbij van

Frater Silvanus Smink

En frater Silvanus geeft de pen graag door aan frater Frits Stevens.

27

HINDOEÏSME

(vervolg)

Heilige boeken en verhalen De Hindoes hebben geen heilig boek zoals de Bijbel voor de christenen, maar hebben veel verschillende heilige teksten. Voordat deze werden opgeschreven, werden ze lange tijd mondeling doorgegeven. De taal die de mensen gebruikten was Sanskriet, de taal van het Arische volk. Sanskriet is de heilige taal van India, en wordt vandaag nog bestudeerd, al wordt het niet meer gesproken. De Veda’s De oudste heilige teksten zijn vier verzamelingen lofzangen, gebeden, regels voor rituelen en offers en spreuken: de Veda’s. Deze werden door de Ariërs ongeveer 3500 jaar geleden verzameld. Het oudst en bekendst is de Rig Veda. Het is nog steeds een belangrijk heilig boek van de Hindoes. Het bevat meer dan duizend lofzangen over de oude goden en godinnen. Feesten Er zijn in de loop van het jaar honderden hindoe-feesten die zowel in India als door Hindoes buiten India gevierd worden. Sommige feesten zijn landelijk, andere worden alleen maar in een bepaald dorp gevierd. De vieringen kunnen bestaan uit het houden van puja, het dragen van nieuwe kleren, het eten van speciaal voedsel, zingen, dansen, dansen en het bezoeken van bekenden. Holi Het kleurrijke Holi-feest markeert het eind van de winter. Op de avond voor Holi worden brandstapels gebouwd om poppen van de heks Holika te verbranden. De legende vertelt dat Holika haar neef probeerde te doden omdat die Vishnu vereerde, maar zelf gedood werd. 28

Op de dag van Holi zelf trekken de mensen oude kleren aan, en overgieten elkaar met gekleurd poeder en water. Het is heel leuk, maar een enorme kliederboel. ’s Avonds bezoeken mensen hun familie, en geven lekkernijen cadeau. Holi is ook een bijzonder feest voor boeren. Zij vieren de eerste lente-oogst. Divali Divali is het lichtjesfeest, en de viering duurt vijf dagen. Mensen versieren hun huizen en tempels met kleine lichtjes, die diva’s heten. De lichtjes zijn bedoeld als wegwijzers voor de held Rama naar Ayodhya na zijn overwinning op Ravana. Er is een hoop vuurwerk in iedere stad en dorp. Divali is ook gewijd aan Lakshmi, de godin van rijkdom, en geeft het begin van het hindoe-nieuwjaar aan. Dussehra Het Dussehra-feest duurt tien dagen. Op sommige plaatsen heet het Ram Lila. Er worden toneelstukken opgevoerd over het leven van Rama, en worden grote poppen van Ravana verbrand. Op andere plaatsen heet het feest Durga Puja, en wordt de overwinning van Durga op de stiergeest Mahishasura ermee gevierd. Het hindoe-jaar De religieuze hindoe-kalender telt twaalf maanden, gebaseerd op de stand van de maan. Iedere maand loopt van volle maan tot volle maan, en wordt verdeeld in een lichte helft en een donkere helft. In het dagelijks leven gebruiken de Hindoes dezelfde kalender als iedereen. 29

Familiefeesten Het gezin en de familie zijn heel belangrijk voor Hindoes. In India wonen verschillende generaties van een familie samen in een huis, en zorgen voor elkaar. Voor Hindoes die in het buitenland wonen, blijven familiebanden en familievieringen heel belangrijk. Er zijn veel bijzondere vieringen in het leven van een hindoe. Het zijn gewoonlijk momenten waarop de hele familie bij elkaar komt. Geboorte Wanneer er een baby geboren is, voltrekt een priester een speciale gelegenheid, waarbij hij bidt om gezondheid en welzijn voor de moeder en het kind. Tien dagen na de geboorte krijgt een baby tijdens de plechtigheid zijn naam, en wordt de horoscoop van het kind nagetrokken; die laat de stand van de sterren en planeten zien ten tijde van de geboorte. De heilige draad Voor jongens uit de drie hoogste kasten vindt de belangrijkste plechtigheid in hun jeugd plaats tussen hun negende en elfde jaar. Dan krijgen zij van de priesters hun heilige draad. Die moeten zij heel hun leven over hun linker schouder en onder hun rechter arm dragen. Het is een teken van een nieuwe fase in hun leven, waarin zij meer te weten komen over hun godsdienst en meer verantwoordelijkheid gaan dragen. Dood en crematie Wanneer Hindoes gestorven zijn, wordt hun lichaam verbrand. In India wordt het lichaam op een stapel sandelhouten blokken gelegd, die aangestoken wordt door de oudste zoon of oudste man in de familie. In andere landen vindt de plechtigheid in een crematorium plaats. Ze wordt gevolgd door twaalf dagen vol rituelen voor de ziel van de overledene. Zo mogelijk wordt de as van de overledene in het water van de rivier de Ganges gestrooid.

30

Huwelijk Veel hindoe-huwelijken worden geregeld door de ouders van de bruid en bruidegom. Het huwe-lijk zelf duurt een paar dagen, met veel rituelen en plechtig-heden. Het huwelijk kan overal plaatsvinden: bij de bruid thuis of in speciaal gehuurde feestzaal. De bruid draagt speciale sieraden en een rode zijden sari. Ze zit met de bruidegom voor een heilig vuur terwijl de priester gebeden opzegt en voedsel offert aan de goden. Dan lopen bruid en bruidegom zeven keer om het vuur heen om hun huwelijk te symboliseren. Na de huwelijksplechtigheid gaat de bruid bij haar man en zijn familie wonen. Voor haar huwelijk worden de handen en voeten van de bruid versierd met rode mehndi-patronen. De bladeren van de mehndi of henna-plant worden gemalen en tot een papje gemengd waarmee de bruid beschilderd wordt. Na een paar uur wordt de gedroogde pasta afgewassen, waarbij het patroon achterblijft.

Dit artikel is te vinden op www.iselinge.nl/scholenplein/pabolessen/01022cgodsdienst1

31

AVONDLIED Hier een nieuw lied van de priester-dichter Herman Verbeek. Zijn verzen en liederen bezitten een rijke inhoud, naar voren gebracht in een bloemrijke taal. De teksten worden uitgegeven door Stichting Verbeekfonds, Postbus 11065, 9700 CB Groningen of kijk op www.verbeekfonds.nl

het licht is van de hoge kaarsvlam die schaduwt op het tafelhout het boek bij brood en melk geopend dit is het uur waaraan ik houd het boek ligt op dezelfde tafel waar vader na de maaltijd las in danken woorden leren lezen van licht doorgeven dat het was 32

ik buig het lichaam op de woorden als overkomt mij liefdedaad zij leven op in mijn ontroeren ontvangenis die in mij gaat

wijze waarop de ziel kan zien en doen zien, wie zij is, wie·wij zijn. Kinderen van kosmos, van aarde, van evolutie, van geschiedenis.

dan in het laatst hef ik de handen en lees luidop de vingers af tien woorden aan twee handen rechtdoen die moeder mij het eerste gaf ik kus het boek ik kus mijn ouders die in het laatste kaarslicht zijn dat leven mag zijn door gegeven de laatste wens van liefdepijn het licht breekt in het tranenvallen als in de dauwdrup op het raam ik zie omhoog naar duizend sterren licht bid ik dat ik u beaam Een mens staat op de drempel in de deur en ziet naar de avondtuin, de avondhemel. Dan sluit hij de deur en de blinden, ontsteekt de kaars en leest. Het boek van de geschriften, van eeuwen doorvertelde verhalen, vaak bij het avondvuur verteld. En hij herinnert zich zijn jeugd, toen moeder hem vertelde, op schoot, op de rand van het bed, aan deze zelfde oude familietafel. De anamnese, het herinneren, de weg van de terugkeer in het verleden, de gedachtenis, het denken aan het goede en aan het boze, is voorwaarde voor een mens om zichzelf te vinden. De collectieve en de individuele herinnering ligt in het diepe bewustzijn van de mens bewaard, in beelden, in archetypen, zegt Jung, in dromen, mythen, parabels, vertellingen. De verbeelding is de

33

34

Uit de nalatenschap van frater André Formanoy:

ONTMOETINGEN EN AVONTUREN Colombo Ons schip deed Colombo aan. De hoofdstad van Sri Lanka (vroeger Ceylon geheten.) Mededeling van de kapitein: 'We blijven hier vier en twintig uur liggen. U kunt de stad gaan bekijken, ik heb nog een tip voor u: Er is hier een grote tentoonstelling van Zuidoost Azië. Indonesië is ook vertegenwoordigd. Warm aanbevolen. De weg is gemakkelijk, u ziet die weg daar, loop maar recht door, ga geen zijweg in, dan komt U vanzelf bij de tentoonstelling.' We (vier paters en ik) gingen op stap, liepen alsmaar rechtdoor en vonden de tentoonstelling. In één woord prachtig. Daarna wilden we de stad bekijken. Opeens zei een pater: 'We gingen door de uitgang naar buiten, dus lopen we nu op een andere weg.' We waren bij een kruispunt. Een agent regelde het verkeer. Hij stond op een verhoogje om de toestand te overzien. Hij had het druk. Van alle kanten kwamen de auto's. Met zijn armen uitgestrekt regelde hij alles prima, zoals van een agent verwacht werd. Hij blies op een fluitje …van vier kanten bleef alles stilstaan… sprong van zijn verhoogje en kwam recht op ons af. 'Kan ik u van dienst zijn met de weg te wijzen?' 'Graag.' Hij legde het duidelijk uit en na onze dank ging hij weer aan het werk. 'Er wonen hier beleefde mensen', zei een pater. Niemand toonde ongeduld tijdens het wachten en ik heb geen enkele claxon gehoord'. 'Zeldzaam', zei een andere pater. We waren nauwelijks op weg toen een auto naast ons stopte. De vrolijke jongeman achter het stuur vroeg waar we heen wilden. 'Naar de haven', zeiden we. 'Hoeveel?' 'Gratis', zei hij, 'Ik zag u bij het kruispunt de weg vragen aan de politie en ik dacht ik zal ze wel even wegbrengen'. 35

Hoewel we de stad in wilden, sloegen we dit aanbod niet af en stapten in. Het was een grote auto en we konden alle vijf ruim zitten. Bij de haven bedankten we hem uitbundig. 'Graag gedaan heren', zei hij, 'ik ben ook katholiek.' Toen hij wegsnorde vroeg een pater wie er nog plannen had. 'Dubbeldekker' zei ik. Algemene instemming. We gingen op zoek naar een bushalte. Het was niet ver. De dubbeldekker reed voor en we bestelden vijf kaartjes naar de haven. 'Maar daar bent u al', zei de chauffeur. 'Natuurlijk', zeiden we, 'we bedoelen van de haven de stad rond en dan weer naar de haven.' Hij lachte en zei: 'Oké'. We gingen in het bovenste deel zitten en vonden dat eerste klas. Het was een mooie stad, met hier en daar Hollandse herenhuizen. Die waren nog van toen het een Hollandse kolonie was. Daarna werd het een Engelse kolonie. De gedenkwaardige dag besloten we met een stevige borrel.

36

FRATERHUIS SINT JOZEF VAKANTIEWEKEN 2008 DIERENTUIN AMERSFOORT

37

38

KINDERDIJK & ROTTERDAM

APPELTAARTEN BAKKEN MET FR. WILFRIED

39

40

41

42

FR. WILLIBRORDUS VERTELT OVER DE WONDERE WERELD DER VLINDERS

WANDELEN IN WIJK BIJ DUURSTEDE

OPENLUCHTMUSEUM ARNHEM

43

44

SLOTMIDAG MEDEWER MEDEWERKEND DEWERKENDE KENDEN AA AAN HET KOKKERELLEN

LI

FRATERS EN MEDEWERKENDEN TREDEN OP BEN ZENGERINK EN ISIDORUS MET ‘DE BRANDMEESTER’ – GODFRIED BOMANS

ALMA LIEDJES VAN A.M.G. SCHMIDT MARGREET

LEO

WIJ WIJ DOEN SAMEN MET ÉÉN VRIJER HELENA – WOUTER – RINA

45

46

DE BLAUWE KAT AGNES - ALMA

HET BUFFET WERD OPGEDIEND TIJDENS DE MUZIEK MUZIEK VAN CAMILLE SAINT SAËNS: CARNAVAL DES ANIMEAUX

RINA

OP ’N MOOIE PINKSTERDAG DAVID MULLINK

ALMA

TRUDY

ELS

UIT ANATEVKA:

TRUDY

ELS

ALS IK TOCH EENS RIJK WAS… WIM HEISTER

ZUSTER KLIVIA NELLY

47

48

INHOUD Van de redactietafel

2

Wereldjongerendagen Sydney 2008

Leo Ruitenberg

Christendom en Islam samen in beeld

Huub Schumacher

13

Aan de rol

Theobaldus

17

Overweging bij de Constituties: Rotsvast en onwrikbaar? Pas op.

Ad de Keyzer

20

De pen doorgeven

Silvanus Smink

23

Hindoeïsme (vervolg)

www.iselinge.nl

28

Avondlied

Herman Verbeek

32

Ontmoetingen en avonturen

André Formanoy

34

Fraterhuis St.-Jozef: vakantieweken 2008

fotoreportage

36

Inhoud

3

48

INKO onder redactie van:

Theo te Bogt, Johan Brummelhuis, Wim Heister, Leo Ruitenberg, Frits Stevens, Wim Versteeg.

met medewerking van:

Angelico Fennis (omslag), Hilarius de Booij (illustraties), Petra de Landmeter (interviews).

secretariaat:

Johan Brummelhuis. Schorteldoeksesteeg 1, 3732 HS De Bilt. tel.: 030 - 69 76 237. email: [email protected]

49

View more...

Comments

Copyright © 2020 DOCSPIKE Inc.